category_news
Nieuwe fase genetische tool voor beheer Aziatische olifant
Wageningen University & Research en Diergaarde Blijdorp ontwikkelen een tool waarmee het DNA van Aziatische olifanten in het wild wordt blootgelegd. Hiertoe brachten enkele onderzoekers onlangs een gezamenlijk bezoek aan Noord-India; voor de officiële aftrap van de nieuwe stap in het onderzoeksproject.
Deze studie heeft als doel de nog overgebleven populaties beter in kaart te brengen en beschermen. Het nieuwe instrument zal ook in het lab van samenwerkingspartner Wildlife Institute of India worden getest. Volgens geneticus Mirte Bosse van de Wageningen Universiteit en de Vrije Universiteit Amsterdam heeft de Indiase ontmoetingsweek een basis voor een mooie samenwerking in de toekomst opgeleverd. “Als conservatie-geneticus is het een droom om mijn werk van de afgelopen jaren daar in de praktijk te kunnen brengen”, aldus Bosse.
Wereldwijde interesse
Wat in 2021 begon met een door NWO gefinancierd promotietraject bij de Wageningen Universiteit in samenwerking met Diergaarde Blijdorp, groeide geleidelijk uit tot een onderzoek en dataset waar wereldwijd met interesse naar wordt gekeken. Zeker in Azië, in het bijzonder Zuidoost- en Zuid-Azië waar de aantallen Aziatische olifanten in rap tempo afnemen. Het totale aantal wordt nu geschat op ongeveer 40.000, maar dat is in drie generaties tijd met meer dan 50% afgenomen. De grootste wilde populatie van 8.000 dieren leeft in India.
Unieke DNA-dataset via Europese dierentuinen
Als Europese stamboekhouder van de Aziatische olifant heeft Blijdorp de laatste jaren - in samenwerking met de Wageningen Universiteit - het DNA van verschillende Aziatische olifanten uit diverse Aziatische regio’s in kaart weten te brengen. Door middel van bloedonderzoek onder de eerste generatie Aziatische olifanten in Europese dierentuinen hebben Blijdorp onderzoeker en WUR-promovendus Jeroen Kappelhof en onderzoeksleider Mirte Bosse speciale genetische markers kunnen vinden, die gebruikt kunnen worden om dieren te kunnen herleiden naar hun geografische herkomst. Het was de eerste keer dat deze zogenaamde SNP’s (Single Nucleotide Polymorphism) zijn geïdentificeerd bij olifanten uit de diverse landen, regio’s en populaties. Het resultaat is een unieke dataset.
DNA-onderzoek bij wilde olifanten via mestsamples
Aangezien bloedmonsters in het wild nemen vrijwel onmogelijk en bovendien onwenselijk is, zal DNA-onderzoek bij wilde olifanten voornamelijk vanuit mest moeten gebeuren. Bovendien is deze methode gemakkelijk en goedkoop in een simpel lab uit te voeren. “Onderzoekers hoeven hun DNA niet op te sturen naar een rijk, fancy lab ergens anders”, geeft Mirte Bosse aan.
Op het lab van het Wildlife Institute of India wordt de tool voor het eerst in de praktijk gebracht. Door het nemen van mestsamples ter plaatse zal onder andere duidelijk worden waar de daar levende olifanten vandaan komen, en hoe ze genetisch met elkaar verbonden zijn.
Helaas is de DNA-kwaliteit uit mestsamples veel lager dan uit die van bloed. De dataset van de Rotterdamse en Wageningse onderzoekers is daarentegen gebaseerd op bloedsamples en dús van hoge kwaliteit. Dankzij deze kwaliteit en resolutie kan er eindelijk een tool worden ontwikkeld waarmee het tóch mogelijk wordt om met DNA uit mest bepaalde vragen over de wilde populaties te beantwoorden.
“Met de informatie uit het DNA van olifanten in Europese dierentuinen kunnen we vanaf nu ook meer inzicht krijgen in de situatie bij de wilde dieren”, vertelt Mirte Bosse. “Zoals hoeveel dieren van een bepaalde deelpopulatie in een ver verleden in een bepaald gebied voorkwamen. En of er recent ergens inteelt heeft plaatsgevonden onder Aziatische olifanten. Dat kunnen we allemaal aflezen uit dat DNA”. Verder hopen de onderzoekers meer inzicht te krijgen in het gebruik van bestaande corridors die gefragmenteerde gebieden met elkaar verbinden, wat weer aanleiding kan geven om bepaalde gebieden nog beter te beschermen.
Implementatie nieuwe methode
Vertegenwoordigers van Diergaarde Blijdorp en Wageningen Universiteit hebben in India persoonlijk kennisgemaakt met tal van natuurorganisaties en onderzoekers uit omringende landen die ook gebruik gaan maken van de methode. Ook heeft het onderzoeksteam gezamenlijk diverse Noord-Indiase wildparken bezocht. Vanuit alle Aziatische landen waar deze olifanten voorkomen zal mest worden getest. Om de nieuwe methode te implementeren en eventuele kinderziektes te ondervangen blijft Blijdorp-onderzoeker Reeta Sharma het project ter plekke blijven begeleiden.